Oeps, je lijkt een niet-ondersteunde browser te gebruiken...
Verouderde browsers kunnen uw computer blootstellen aan veiligheidsrisico's. Om de beste ervaring te krijgen met het gebruik van onze site, kan je best werken met een nieuwere browser. Klik op één van de icoontjes om een nieuwe browser te installeren

    Meer over CSP®

    Mentale beelden

    Bij stressmomenten, ontstaan uit angst, ontwikkelt ons brein een mentaal beeld. Ons brein kan namelijk niet omgaan met stress en zoekt een uitweg uit de stresssituatie, op zoek naar een positieve ervaring (als kind bv. om de aandacht en interesse van onze ouders te wekken). Dat mentale beeld wordt opgeslagen zodat we in gelijkaardige stresssituaties niet telkens opnieuw een mentaal beeld moeten ontwikkelen. Bij gelijkaardige stresssituaties gaan we dus telkens diezelfde vluchtweg gebruiken. Zo ontwikkelen we gedragspatronen.
    Wanneer een situatie stress veroorzaakt reageren we dus meestal niet op de echte situatie, maar op het mentale beeld dat we hebben van die situatie op basis van onze ervaringen uit het verleden.

    Interpretatie van de werkelijkheid

    De mentale beelden die we hebben worden geleidelijk aan onze werkelijkheid, dat wil zeggen onze reflexmatige interpretatie van wat werkelijk is. We geloven dat we dezelfde realiteit met anderen delen terwijl deze beperkte interpretaties van de werkelijkheid eigenlijk uniek zijn voor ons. We reageren dan ook niet op de werkelijkheid als zodanig, maar op onze interpretatie van de werkelijkheid die bestaat uit onze mentale beelden. Deze conditioneringen vertegenwoordigen onze ‘beste oplossingen’, ontwikkeld om het hoofd te bieden aan een hele reeks min of meer stressvolle situaties sinds onze geboorte.

    Voorbeeld 1

    Je bent enig kind van bemiddelde ouders doch eerder eenzaam en weinig zeker van jezelf. Aangezien de ouders relatief weinig tijd hadden voor hun kind hebben zij als wijze van compensatie hun kind overladen met materiële beloningen. De sociale behoefte, die de behoefte aan vriendschap en positieve sociale relaties is, was eerder afwezig en vervangen door materiële compensaties. In deze situatie wordt een mentaal beeld gevormd waarbij het verlangen naar aandacht en vriendschap vertroebeld is en gelijkgesteld wordt aan intimidatie via het materiële. Vriendschap wordt dan eerder aandacht opeisen door uit te pakken met het materiële.

    Voorbeeld 2

    Als kind/adolescent word je verplicht een zware studierichting te volgen, en om dit te kunnen bolwerken moet je tot het uiterste gaan van de capaciteiten. Wanneer je hierin slaagt volgt de beloning, namelijk bevestiging vanwege de ouders. Dit wordt dan het mentale beeld: tot het uiterste gaan om de verwachtingen in te lossen. Tot het uiterste gaan wordt het doel (conditionering) ten koste van jezelf.

    Een identieke toekomst?
    Deze ‘programmatie’ is constant aanwezig en zal telkens we ons in een stresssituatie bevinden, de bovenhand nemen. Wij zijn ons hiervan niet bewust en verkeren bijgevolg niet in de mogelijkheid om deze waar te nemen of te wijzigen. Terwijl we deze patronen uit het verleden steeds weer re-actualiseren blijven we dus eigenlijk bouwen aan een toekomst die identiek is aan ons verleden!

    Telkens wanneer een stresssituatie volledig en effectief kan opgelost worden of verdwijnt, wordt wel weer een evenwicht gevonden. Maar als de ‘reddingsactie’ niet goed kan worden uitgevoerd dan houdt de toestand van spanning aan en veroorzaakt zo een disfunctioneren van het lichaam, en dit ongeacht of het blokkeren van de actie ‘echt’ is of door de persoon zelf is ingebeeld.

    Het lichaamsgeheugen

    Uit onderzoek in het domein van de epigenetica (onderzoek naar de uitwerking van genen op het fenotype bij de ontwikkeling van een organisme, m.a.w. naar erfelijke veranderingen in gen-functie zonder dat de moleculaire DNA-structuur verandert) is gebleken dat alles wat deel uitmaakt van de omgeving, inclusief emoties, sporen achterlaat op het DNA en de manier verandert waarop genen tot expressie worden gebracht.

    Ook de fylogenese - de geschiedenis van onze evolutie - en de ontogenese - de groei (verandering in omvang) en ontwikkeling (verandering in vorm) van een organisme - laten zien dat we niet alleen een geheugen in ons hoofd hebben, maar ook in ons lichaam.
    Als mens begint ons bestaan ​​met de versmelting van twee cellen om er één te vormen die zich zal delen en vervolgens verschillende stadia doorlopen (van meercellige naar organen en meer geavanceerde structuren tot de volwassen mens). In de loop van de geschiedenis heeft de mens zich ontwikkeld tot een steeds complexer wezen om zich steeds weer aan te passen aan zijn omgeving. Zo evolueerde het bewegingsapparaat om niet langer afhankelijk te zijn van een vaste leefplek, maar om te verhuizen naar een plek die gunstiger was om te overleven, of het thermoregulatiesysteem om te zorgen voor een optimale werking van onze fysiologie, ongeacht de klimatologische omstandigheden. Deze evolutionaire geschiedenis zit vervat in ons wezen. Wie raakt er bijvoorbeeld niet meteen gespannen als er een schaduw boven hem/haar verschijnt? Dit is een instinctieve reflex, een overblijfsel uit een ver verleden toen de mens alert moest zijn voor vallende rotsblokken of aanvallende roofvogels.

    Lichaam & emotie

    Onderzoek door de Belgische neuropsychiater Jean Lerminiaux over het mentale beeld legt een verband tussen het lichaam en de emotie door middel van psychomotoriek. Aan de basis van fysische klachten ligt praktisch altijd emotionele stress.

    Studies tonen tevens aan dat elke mentale of emotionele toestand ook overeenkomt met een bepaalde toestand in de hersenen. Elk beeld aanwezig op mentaal niveau resulteert in een wijziging van de spierspanning. MRI (Magnetic Resonance Imaging) laat bijvoorbeeld zien dat de hersengebieden van een tennisser hetzelfde zijn, of hij nu speelt of zich het gebaar voorstelt dat hij tijdens het spelen zou maken.

    Een goede coherentie is nodig tussen de mentale functie en de organische functie als we discrepanties en bronnen van ongemak of zelfs van ziekte willen vermijden.

    Het opheffen van organische blokkades door eenvoudige maar zeer gerichte technieken maakt een positieve verandering van het psychologische proces mogelijk: dit is de somato-psychische fase van de CSP® behandeling. Dit wordt dan aangevuld met een korte psychotherapie om gevoelens los te laten (gebaseerd op het werk van Dr. Jean Lerminiaux): dit is de psychosomatische fase. Wanneer de coherentie in beide richtingen is hersteld kunnen onmiddellijk verbeteringen worden vastgesteld in de levenskwaliteit van de cliënten, en dit zowel fysiek als psychologisch.

    Benieuwd hoe CSP® coaching jou verder kan helpen?